AMSTERDAM - Maandag heeft de korpsleiding van de politie de notitie ‘Boa en politie, niet naast elkaar maar met elkaar’ gepresenteerd. Met deze notitie wil de politie een helder standpunt innemen in het maatschappelijk debat over de toekomst van de relatie tussen de politie en overige handhaving en toezicht.

De politie wil de samenwerking met buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) verder verbeteren, bijvoorbeeld door heldere afspraken te maken over informatiedeling en toegang tot politielocaties en door van operationele regie bij de politie naar operationele samenwerking te gaan. De notitie gaat ook in op het geweldsmonopolie, die blijft wat de politie betreft voorbehouden aan het korps. Eerder al spraken de commissie-Kuijken en de Stichting Maatschappij en Veiligheid zich uit over de verhouding tussen politie en toezichthouders.

Uitgangspunten
Aan de notitie liggen een aantal uitgangspunten ten grondslag:
- In vredestijd ligt het geweldsmonopolie bij de politie, alleen in uitzonderlijke gevallen kan daarvan worden afgeweken;
- Sommige politietaken -zoals handhaving- kunnen echter wel door andere partijen worden uitgevoerd;
- De politie gaat niet weg van straat en is zichtbaar en aanspreekbaar;
- Wijkveiligheid is belegd in regionale en lokale driehoeken (OM, BM, politie). Lokale driehoeken stellen handhavingsbeleid vast;
- De politie wil beter samen werken met boa’s; niet naast elkaar, maar met elkaar;
- De politie wil vaker normerend zijn in publieke domein, gekoppeld aan onderliggende veiligheidsproblematiek.

Geweldsmonopolie
De politie heeft het geweldsmonopolie. Natuurlijk zijn er uitzonderingen. Zoals boa’s die in het buitengebied werken, in hun werk grotere risico’s lopen en niet op back-up van de politie kunnen rekenen. Korpschef Akerboom: ‘Het geweldsmonopolie hoort bij de politie. Het is een onderscheidend criterium in de samenwerking met onze partners. Dat is een principieel standpunt waar wij aan hechten. Maar dat standpunt verplicht natuurlijk ook. De discussie over bewapening van boa’s vloeit voort uit de zorg over de veiligheid van boa’s. Die zorgen deel ik. Boa’s moeten kunnen rekenen op de politie als de nood aan de man of vrouw is. Zij moeten op ons kunnen rekenen en dat gaat nu nog niet altijd goed. Assistentie collega is een bijzonder begrip binnen ons korps en onder collega’s. Dat moet ook gaan gelden voor onze mede-handhavers.’

Samenwerking intensiveren
Korpschef Akerboom ziet de toenemende samenwerking tussen handhavers en politie als een ‘veelbelovende ontwikkeling’ die vraagt om een andere opstelling van de politie. ‘Wij zijn steeds minder monopolist en steeds meer partner. In onze relatie met boa’s willen we van operationele regie bij de politie naar operationele samenwerking. In Den Haag en Amsterdam heb ik daar onlangs mooie voorbeelden van gezien. De komende tijd gaan we kijken hoe we de samenwerking kunnen intensiveren. Bijvoorbeeld door meer en betere informatiedeling, door boa’s toegang te geven tot politielocaties en tot onze bedrijfsprocessensystemen.’

Zichtbaar in de wijk
De noodzaak tot betere samenwerking past binnen het veiligheidsvraagstuk dat volgens Akerboom ‘steeds diffuser en dreigender’ geworden. ‘De vraag naar politie-inzet neemt toe. Er wordt steeds vaker een beroep op ons gedaan, tegelijkertijd is onze capaciteit beperkt. Onze aanwezigheid en zichtbaarheid in de wijk draagt in grote mate bij aan hoe het publiek ons waardeert en vertrouwt. Dat raakt aan de identiteit van de politie. De politie is en blijft nauw verbonden aan de samenleving en ziet optreden in het publieke domein, ook in het kader van leefbaarheidsvraagstukken, als onderdeel van haar taak. Wij willen daar toenemend op inzetten. Het beeld dat de politie zich terugtrekt, vraagt om bijstelling en willen we wegnemen.’

Hoe nu verder?
De komende tijd wil de politie in gesprek met belanghebbende partijen over dit onderwerp. Vanuit de portefeuillehouder boa’s wordt een agenda opgesteld voor de komende tijd waarin thema’s als informatiedeling, toegang tot bureaus en c2000 nader worden uitgewerkt. Op termijn wil de politie ook bezien of de positie van private partijen in de context van het aangaan van veiligheidscoalities verbeterd kan worden. Ook dat kan bijdragen aan het verbeteren van dec wijkveiligheid.